Mijn vriendin kan verticaal slapen. Een benijdenswaardige positie. Zeker tijdens onze wereldreis in 1997. 365 nachten oogjes toe én open op een bonte verzameling matrassen en bedbodems. Of voor wat daar voor door moest gaan. De ultieme beddentest. We zouden er moeiteloos een vergelijkend onderzoek in de Consumentengids mee kunnen vullen. Ja, wij beschouwen onszelf erkende slaapspecialisten.
Om minimaal de REM fase te bereiken verlangt mijn lijf echter een slaaphouding dat toch enigszins als horizontaal omschreven moet worden. En dat is in bussen, bemo’s en treinen knap lastig. Terwijl mijn vriendin zittend lag te ronken, overpeinsde ik waarom hotelclassificaties bij 1 ster beginnen (of eindigen). Zou de schaal niet moeten lopen van –5 tot +5?
Liggen is echter ook niet altijd garantie voor een goede nachtrust. Doorweekte, gescheurde, besmeurde, plastic, stinkende, kapotte polyether schuimschijven van 2 centimeter dikte dwarsboomden menig nachtrust. En bedbugs … ongedierte dat zich tijdens de slaap goed doet aan je bloed en zeer herkenbaar aan de keurig rechte lijn van rode puntjes op je huid. Goed geslapen? was tijdens die wereldreis steevast onze verbale verwelkoming van de nieuwe dag.
250 euro betalen voor een luxe hotelkamer is ook niet altijd een garantie voor een aangename verpozing. Een van mijn meest teleurstellende overnachtingen was in het Krasnapolsky in Amsterdam. Teennagels naast het bed, bruine vegen op het dekbed (u kent het wel, net naar het toilet geweest en dan even op de rand van het bed zappen voor de tv), haarrestanten in de wastafel en hotelpersoneel dat je doet realiseren dat je het hotel deelt met ruim 460 andere bezette kamers. Snel weg uit deze kamerfabriek was ons gevoel. Terwijl een hotel je juist als een warme deken zou moeten omarmen.
Geluidsoverlast staat meen ik op de eerste plaats van de top-tien van ergernissen bij een hotelovernachting. Slaan met deuren, krakende vloeren, dunne wandjes, geschreeuw in de gang, luide tv’s en zoemende airco’s. Het spoelen van toiletten in naast- of bovengelegen kamers dat klinkt alsof er een tropische regenbui in je kamer losbarst, verkeerslawaai… voor veel gasten is het een grote ergernis. Onder die groep schaar ik mezelf ook.
Ook is het mij nog steeds volslagen onduidelijk waarom de hotelindustrie niet in staat is om iets te doen aan kamerdeuren die met zo’n pokkeherrie sneller dichtslaan dan dat jij in het halletje staat.
Uiteraard heb ik zelf ook een favoriet: het ontbreken van een haakje in de badkamer om je toilettas aan op te hangen. Voor nog geen euro kan ieder hotel wereldwijd dit simpel oplossen maar let zelf even op bij uw volgende overnachting: in 8 van de 10 kamers is het tevergeefs speuren naar dat haakje.
Tja, en dan die douchekop vol met kalk waardoor de waterstralen alles nat maken behalve je lijf. Is het nu zo lastig om iedere twee maanden die kop even te ontkalken? Als ik producent van een ontkalkingsmiddel was, zou ik wel weten waar mijn groeikansen zouden liggen. Pardon the pun. En is de douchekop smetteloos, dan is vaak het euvel dat het schroefje niet strak genoeg is aangedraaid waardoor de douchekop als een dood plantje omlaag bungelt. Ooit geprobeerd om je lijf in te zepen met een hand en met de andere de douche boven je hoofd vast te houden?
Een nieuwe witte kitrand aanbrengen, die kapotte gloeilamp vervangen, de schroef van de doucheknop even aandraaien waardoor ik met beide handen mijn lichaam kan wassen en uiteraard wereldwijd gratis wifi in hotels, het is voor paar euro en in een handomdraai gebeurd. En dan het allermooiste nog: een glimlach kost helemaal niets. Ook het serviceniveau van het hotelpersoneel voldoet niet altijd aan de verwachtingen van de klant: chagrijnig personeel, niet voor laten gaan, smeken om aandacht, geen oogcontact of een vriendelijke goedemorgen zijn veelgehoorde minpunten.
Opvallend detail: het schijnt dat veel gasten hun ergernis in het betreffende hotel zelf lang niet altijd kenbaar maken. Nou dan hebben hotels aan mij een slechte of beter gezegd een goede. Ik meld vrijwel alles – en lang leve de beoordelingen die je nu op allerlei sites kunt achterlaten om gebrekkige hotels digitaal aan de schandpaal te nagelen. Hoeveel hoteldirecteuren zouden hun werkdag beginnen met het afstruinen van boeking- en reviewwebsites op zoek naar vooral de geconstateerde tekortkomingen van hun eigen hotel?
Stukken goedkoper – destijds een gulden of acht per nacht – en een van de meest heuglijke verblijven ooit – was een hut. Op Perentiahan Kecil, een goddelijk eilandje aan de Oostkust van Maleisië. Simpel bedje, ergonomisch zeer onverantwoord, muskietennet, olielampje voor de duisternis en ‘douchen’ door middel van een gieter. Op 20 meter afstand van een zee zo helder, zo blauw, een strand zo wit zo maagdelijk, een hersenpan zo leeg als een vergiet en de enige stressfactor de keuze van de cocktail. Geslapen als een os!
Er is ontegenzeggelijk nog steeds een verschil in beleving tussen wat veel hotels denken te bieden en hoe de gast een verblijf ervaart. Waarmee maar gezegd is: een prettige overnachting behelst meer dan het slapen in een bed.